Glucosesensor en bloedglucosespiegel
Tijdens de opleiding voor diabetesverpleegkundige droeg ik een poosje een glucosesensor. Om te leren hoe hij werkt. Maar ook om een klein beetje te ervaren wat het is, voor iemand met diabetes, deze te moeten gebruiken. In die korte tijd ontdekte ik hoe voeding maar ook stress en beweging van invloed waren op mijn bloedglucosespiegel.
Maar ik stond toen nog niet stil bij het effect hiervan, op hoe ik me voelde en welke klachten ik bij bepaalde glucosewaarden had. Ik had immers geen diabetes?
Ik moest hier laatst weer aan terug denken toen ik dit artikel las waarin beschreven wordt dat, volgens Amerikaanse onderzoekers, dieetgerelateerde chronische ziekten steeds vaker voorkomen. In toenemende mate gaat dit de toekomstige carrières van huidige medische studenten domineren. Toch is voeding nog een ondergeschoven kindje tijdens medische opleidingen, of is de informatie gebaseerd op verouderde inzichten.
In het kader hiervan kreeg een groep studenten van Harvard Medical School tijdens een onderzoek een glucosesensor voor 30 tot 40 dagen. Ze moesten hun glucosewaarden bijhouden, samen met gegevens van onder andere hun voeding. De studenten waren erg enthousiast over deze ervaring.
Enkele citaten met betrekking tot voedingsadviezen
- "Ik zou nooit hebben begrepen wat de ervaring van een patiënt met een CGM (continue glucose monitoring) is zonder het zelf te hebben meegemaakt".
- "Ik denk dat deze ervaring me meer bewust heeft gemaakt van het verband tussen voeding en gezondheid en ik hoop deze kennis te gebruiken om mijn patiënten te helpen".
- "Voordat ik aan deze ervaring begon, wist ik al dat we gebrekkig advies geven aan patiënten. De voedingsrichtlijnen ‘hoog koolhydraten, laag vet’ werkt voor de meeste mensen niet. En als het niet lukt, geeft de arts vaak de patiënt de schuld in plaats van de richtlijnen. Het is eenvoudig om te geloven in ‘calorie-in en calorie-uit’, maar zoals vele aspecten in de geneeskunde, is dat gewoon te oppervlakkig".
De studenten gaven aan hun voedingsadviezen in de patiëntenzorg aan te passen op basis van de feedback van de glucosesensor. Daarnaast hadden ook vrijwel alle studenten hun eigen voedingspatroon aangepast. Sommigen zelfs ook hun beweging en slaappatroon.
Enkele citaten met betrekking tot eigen voedingspatroon
- "Het experiment maakte me bewuster van wat ik consumeerde".
- "Ik heb ook geprobeerd de inname van enkelvoudige koolhydraten te verminderen, aangezien ik ontdekte dat ik dramatische glucosepieken kreeg en de daaropvolgende vermoeidheid bij het consumeren van grote hoeveelheden enkelvoudige koolhydraten".
- "Voorafgaand aan deze studie voelde ik vaak periodes van sterk verlangen naar koolhydraten, die ik interpreteerde als een lage bloedsuiker. Ik leerde echter van de CGM dat deze gevoelens daar niet mee in verband stonden. Sindsdien heb ik de drang om snel en in grote hoeveelheden te eten tijdens deze periodes kunnen weerstaan".
Kortom: door het dragen van de glucosesensor steeg bij de medische studenten hun begrip van voeding en leefstijl. Ze gaven aan dat ze hierdoor patiënten beter van dienst konden zijn. Maar ze kregen ook meer inzicht in hun eigen gezondheid. Ze werden aangemoedigd om hun eetgedrag aan te passen voor een stabielere glucosespiegel.
Waarom is een stabiele bloedglucosespiegel dan zo belangrijk voor je gezondheid?
Even kort een stukje fysiologie:
Koolhydraten uit voedsel worden door je lichaam omgezet in glucose onder invloed van het hormoon insuline. Hoe sneller de koolhydraten uit je maaltijd worden opgenomen, hoe hoger de daaropvolgende glucosepiek. Dit noemen ze ook wel de glycemische index (GI). Deze wordt weer beïnvloed door de hoeveelheid koolhydraten, ook wel glycemische lading (GL) genoemd.
Maar er zijn nog meer beïnvloedende factoren, zoals de samenstelling van een maaltijd. Door een combinatie met vetten, eiwitten en vezels worden de koolhydraten minder snel opgenomen. Maar ook factoren zoals de bereidingswijze, je eigen darmwerking en temperatuur van het voedsel spelen een rol.
Uit onderzoek (1) (2) (3) (4) blijkt dat de glucosepieken die veroorzaakt worden door snelle koolhydraten, dus voeding met een hoge glycemische index, kunnen zorgen voor gezondheidsschade op termijn.
Bijvoorbeeld dit grootschalige onderzoek waarbij 137.851 personen tussen de 35 en 70 jaar, afkomstig uit vijf continenten, met verschillende sociaal economische achtergronden, ruim 9 jaar werden gevolgd. De conclusie: voeding met een hoge glycemische index is geassocieerd met een toegenomen kans op hart en vaatziekten en overlijden. Omdat dit onderzoek zo breed toepasbaar is door de uitvoering, geeft het een goede onderbouwing om te stellen dat voeding met een lage glycemische index niet alleen nuttig is voor mensen met diabetes maar ook belangrijk voor de gehele (patiënten) populatie.
Kortom: voeding, bestaande uit koolhydraten, eiwitten en vetten geeft een bepaalde reactie van je lichaam. Dit kun je terug zien in je glucosewaarden. Terugkerende hoge pieken in de glucosewaarden vormen op de lange duur een risico op diabetes, hart- en vaatziekten.
Door voor een bepaalde tijd een glucosesensor te dragen leer je deze pieken te ontdekken, beter te begrijpen en te voorkomen. Daarnaast laat de glucosesensor ook zien hoe stress en beweging van invloed zijn op je glucosewaarden zodat je daar ook je voordeel mee kan doen.
Mijn eigen ervaringen
Recent droeg ik opnieuw een glucosesensor. Ditmaal in verband met mijn recensie van het boek 'Glucose revolutie' van Jessie Inchauspé. Zij droeg, als biochemicus, geruime tijd een sensor naar aanleiding van wetenschappelijk onderzoek. Haar bevindingen vertaalde ze vervolgens naar 10 adviezen voor een stabiele bloedglucosespiegel:
- Eet in de goede volgorde, eerst eiwitten en vetten, als laatste zetmeel en suikers.
- Groen voorgerecht toevoegen, door een extra salade voor de maaltijd te eten.
- Geen calorieën tellen.
- Voorkom een ontbijtpiek door een hartig ontbijt en blijf de rest van de dag stabiel.
- Vervang het ene suiker niet voor het andere ‘goede’ suiker.
- Eet het zoet als toetje, niet als tussendoortje.
- Drink voor het eten van koolhydraten verdunde azijn.
- Beweeg na een maaltijd.
- Minder eetmomenten en als je toch wilt snacken, kies dan iets hartigs.
- 'Kleed' de koolhydraten goed aan. Dat wil zeggen combineer met eiwitten, vetten en vezels.
Het experiment
Om het effect van deze adviezen te kunnen testen, maakte ik gebruik van de glucosemeter FreeStyle Libre sensor (FSL sensor). De FSL sensor kan, na aanbrengen, maximaal 14 dagen blijven zitten. De sensor, een heel klein flexibel ‘draadje’ wordt met een applicator vrijwel pijnloos aan de achterzijde van de bovenarm ingebracht. Je voelt hem niet zitten en je kunt er mee sporten, douchen en zwemmen.
Overigens meet deze sensor niet de bloedglucose, zoals veel mensen denken, maar de glucose in het weefselvocht. Deze waarde loopt ongeveer 5-10 minuten achter op de bloedglucose maar kan prima het effect op de glucosespiegel weergeven van factoren zoals voeding, stress en beweging.
De sensor meet iedere minuut de glucosewaarde en deze wordt zichtbaar zodra je de sensor gaat scannen met je telefoon. De waarden worden maximaal 8 uur opgeslagen dus je kunt ook terugkijken in de tijd. Handig om terug te zien hoe je waarden waren tijdens bijvoorbeeld de nacht.
In totaal heb ik 2 sensoren gebruikt, dus 2x2 weken gemeten. Om goed te kunnen vergelijken hield ik mijn glucosespiegel bij rondom de maaltijden. Eerst zonder toepassing van een advies, de dag daarna met toepassing van een advies. Met daarbij steeds dezelfde maaltijd, dezelfde hoeveelheden en op hetzelfde moment van de dag.
Effect van de adviezen
Adviezen met een verlagend effect op mijn bloedglucosespiegel:
- Het toevoegen van een groen voorgerecht, zoals
een salade. - Ontbijtpiek voorkomen door een ontbijt laag in koolhydraten.
- Zoet als toetje nemen, niet als tussendoortje.
- Bewegen na een maaltijd.
- Minder eetmomenten of een hartig tussendoortje
in plaats van zoet. - Het ‘aankleden’ van de koolhydraten. Dus combineren met eiwitten, vetten en vezels.
Adviezen met geen of nauwelijks effect op mijn glucosespiegel
- Eten in de goede volgorde
- Drinken van verdunde appelazijn voor de maaltijd
Het advies van een salade voorafgaande aan de maaltijd is gebaseerd op de extra vezels die je daarmee als eerste binnenkrijgt. De vezels vertragen de opname van de koolhydraten uit de maaltijd. Hierbij was het voor mij nog lastig om na de salade dezelfde hoeveelheid patat te eten als bij de andere maaltijd waar ik geen salade at. Ik wilde wel dezelfde hoeveelheid koolhydraten om goed te kunnen vergelijken.
Het positieve effect van de salade is dus, naar mijn idee, niet alleen vanwege de vezels, maar ook vanwege het volume van de salade en het feit dat je daardoor sneller vol zit en minder eet.
Zijn de bevindingen van deze geteste adviezen nu nieuw voor mij? Nee, op basis van de fysiologie van koolhydraatverwerking had ik aantal effecten verwacht. Zoals het positieve effect van beweging na een maaltijd of het ‘aankleden’ van de koolhydraten. En een tussendoortje laag in koolhydraten zorgt logischerwijs ook voor een lagere glucosepiek. Dat zijn adviezen die ook bekend zijn binnen de diabeteszorg. Maar voor mensen met minder inzicht in de koolhydraatstofwisseling kunnen ze wel een eyeopener zijn. Met deze adviezen kun je dus invloed uitoefenen op je bloedglucosespiegel.
Bekend voor mij was ook de invloed van hormonen op de insulinegevoeligheid. In de week voor mijn menstruatie had ik, ondanks het toepassen van de adviezen, hogere glucosewaarden dan andere weken bij dezelfde maaltijden. Door de veranderde hormoonhuishouding ben je namelijk tijdelijk minder gevoelig voor insuline. Dit kon ik duidelijk terugzien in mijn glucosewaarden. Lees hier mijn volledige recensie over het boek 'Glucose revolutie'.
Persoonlijke inzichten
Naast de te verwachten effecten op mijn bloedglucosespiegel, had ik nog een aantal persoonlijke bevindingen. Van koffie bijvoorbeeld wordt over het algemeen aangenomen dat de cafeïne de glucosespiegel verhoogt. Maar zelfs na twee flinke koppen koffie in de ochtend zag ik, iedere dag opnieuw, geen effect op mijn glucosespiegel.
Je lichaam zorgt er altijd voor dat de glucosewaarde weer netjes daalt als deze te hoog is (mits je geen diabetes hebt). Maar ook als er niet gegeten wordt, stuurt je lichaam continue bij om de juiste balans te houden. Dit zie je bijvoorbeeld ’s nachts terug in een stabiele lijn met kleine schommelingen. Voor mij persoonlijk, staat koolhydraatrijk eten voor het slapen gaan, garant voor een onrustige nacht.
Bijvoorbeeld het eten van rozijnenbrood met amandelspijs, laat in de avond, resulteerde in regelmatig wakker worden. Toen ik in ochtend terugkeek naar mijn glucosewaarden, zag ik dan ook flinke schommelingen tijdens mijn slaap. Ik had niet verwacht dat dit zoveel effect had op mijn nachtrust.
Confronterend vond ik ook de invloed van stress op mijn glucosespiegels. Blijkbaar ben ik daar gevoelig voor want dit uitte zich bij mij direct in hogere waardes. Gelukkig geen grote pieken en na het nemen van een rustmoment daalden ze ook weer snel. Daar stond dan weer tegenover dat ik duidelijk een verlagend effect bemerkte van een wandeling in de natuur.
Het meest opvallende vond ik mijn reactie op bepaalde voedingsmiddelen. Bijvoorbeeld kant en klare hummus uit de supermarkt. Dit veroorzaakte bij mij een enorme glucosepiek. Terwijl ik dit niet had verwacht op basis van de hoeveelheid vermelde koolhydraten op de verpakking. Zelfgemaakte hummus daarentegen, met vergelijkbare hoeveelheid koolhydraten, veroorzaakte een veel lagere stijging. Ik heb daar geen verklaring voor, misschien voeg ik meer olijfolie toe en zorgt dat voor een lagere glucosepiek. Maar ik weet wel waar in het vervolg mijn voorkeur naar uit gaat!
Het was ook fijn om het vasten, dat ik af en toe doe, te kunnen volgen met de glucosesensor. Geruststellend om te zien dat je lichaam prima in staat is om, tijdens een dagje niet eten, de glucosewaarden op peil te houden. Ook tijdens sporten of een stevige wandeling.
Na het uiteindelijk verwijderen van de glucosesensor aan het einde van mijn experiment, voelde het kaal om niet meer ‘even snel te kunnen kijken’ maar dat went ook weer snel. Wat blijft, zijn de inzichten die ik ermee kreeg, en de aanpassingen die ik op basis daarvan heb gedaan. Ik heb daar, tot op heden, nog steeds profijt van.
Ook inzicht in jouw bloedglucosespiegels?
Zorgt jouw voedingspatroon voor terugkerende glucosepieken of valt het wel mee? Hoe beïnvloeden andere factoren zoals beweging, slaap en stress jouw bloedglucosespiegel? Heb je diabetes met of zonder glucoseverlagende medicatie en wil je analyseren waarom je regelmatig glucosepieken hebt?
Het sensortraject dat ik aanbied in mijn praktijk, geeft duidelijkheid op deze vragen. Je krijgt een glucosesensor met een draagtijd van twee weken. Gedurende die weken houd je je eetpatroon, stress en beweging bij. In de eerste week verander je niets om te ontdekken in hoeverre je huidige leefstijl goed voor je is. In de tweede week ga je aan de slag met een aantal adviezen, gebaseerd op de analyse van de eerste week.
Het traject bevat drie consulten (online, aan huis, of in de praktijk). Het eerste consult voor aanbrengen glucosesensor en instructie. Het tweede consult vindt plaats aan het einde van de eerste week. Het derde consult is aan het einde van de twee weken, waarbij je een persoonlijk plan van aanpak ontvangt.
Je krijgt begeleiding op afstand en kunt mij, tijdens deze twee weken, vragen stellen middels mail of telefoon. De analyse van je bloedglucosespiegel en de invloed van je voeding en leefstijl hierop, doen we samen. Dat gaat, na jouw toestemming, middels een veilig, cloudgebaseerd beheersysteem. Heb je nog vragen neem gerust contact op of klik hier voor de tarieven.